Haalt u graag de zakdoek boven en laat u zich zonder tegenspartelen een geweten schoppen? Dan is de vertaling vanL'homme qui rit, Victor Hugo's miskende historische roman van 1869, de geknipte lectuur. Alexandra De Vos
Groots en meeslepend wil ik schrijven. Dat had het levensmotto kunnen zijn van Victor Hugo (1802-1885), de man die Frankrijk de romantiek binnenloodste en het met de pen een geweten schopte. Denk aanDe bultenaar van de Notre-Dame enLes misérables - epische melodrama's die de emoties tot een kookpunt lieten stijgen. De ellende van de onderklasse, de liefde van een bultenaar voor een zigeunerin in een middeleeuws Parijs, de wreedheid van de mens tegenover zijn medemens - daar kon het volk geen genoeg van krijgen, daar werden zakdoeken vol bij gehuild. En vele hectaren bos voor gekapt, ongetwijfeld, want Hugo's romans verslonden papier. Met zijn vijf volumes en 1.900 bladzijden isLes misérables een van de langste romans uit de wereldgeschiedenis.
Hugo, een titaan in het diepst van zijn gedachten, had plaats nodig, veel plaats. Naast de gulle hoeveelheid compassie waarmee hij zijn personages koesterde, naast het bijtende sarcasme waarmee hij slechtheid en domheid aan de schandpaa…Lees verder
Groots en meeslepend wil ik schrijven. Dat had het levensmotto kunnen zijn van Victor Hugo (1802-1885), de man die Frankrijk de romantiek binnenloodste en het met de pen een geweten schopte. Denk aanDe bultenaar van de Notre-Dame enLes misérables - epische melodrama's die de emoties tot een kookpunt lieten stijgen. De ellende van de onderklasse, de liefde van een bultenaar voor een zigeunerin in een middeleeuws Parijs, de wreedheid van de mens tegenover zijn medemens - daar kon het volk geen genoeg van krijgen, daar werden zakdoeken vol bij gehuild. En vele hectaren bos voor gekapt, ongetwijfeld, want Hugo's romans verslonden papier. Met zijn vijf volumes en 1.900 bladzijden isLes misérables een van de langste romans uit de wereldgeschiedenis.
Hugo, een titaan in het diepst van zijn gedachten, had plaats nodig, veel plaats. Naast de gulle hoeveelheid compassie waarmee hij zijn personages koesterde, naast het bijtende sarcasme waarmee hij slechtheid en domheid aan de schandpaal nagelde, had demaître ook een mening over bijna alles. Hij bezat tevens de kennis om die mening te onderbouwen, en liet niet na zijn lezers over bijna alles te instrueren.
De Parijse riolen, het Franse straatjargon, de Slag bij Waterloo of de geschiedenis van een kloosterorde: we zullen het geweten hebben. In de onverkorte versie vanLes misérables wordt een kwart van de tekst ingenomen door weinig noodzakelijke terzijdes. De lezers vergaven het Hugo graag. Zolang Hugo-de-romancier groots en meeslepend was, kon die ontspoorde essayist er wel bij.
Passé
Maar tijden veranderen, Flaubert verscheen aan de horizon metMadame Bovary. Naast dat onderkoelde realisme sloeg de romantiek van Hugo een mal figuur. Zo'n kamerbreed ego, op vleugelen van inspiratie, zwelgend in zijn alwetendheid, dat was passé. Toen Hugo in 1869De lachende man uitbracht, was het verdict dan ook hard: het epos was 'onleesbaar, smakeloos, onfatsoenlijk'. En dat terwijl de arme man niets nieuws deed.De lachende man is een historische roman over de liefde van een kermisfreak voor een blind meisje, en een vurige aanklacht tegen de klassenmaatschappij. Mét een lavastroom aan achtergrondinformatie over het Engeland van rond 1700. Ook de Engelse setting was niets nieuws, die had de naar Guernsey gevluchte republikein Hugo al gebruikt inLes travailleurs de la mer.
En dan het verhaal: in de winter van 1690 wordt het jongetje Gwynplaine achtergelaten op de kust van Portland. Hij is een slachtoffer van de Comprachicos, kinderhandelaars die hun koopwaar verminken om ze daarna voor grof geld te vertonen op de markt. 'Een rechtoplopend kind, dat is niet vermakelijk. Een bultenaar, dat is leuker.' Gwynplaine werd hertimmerd tot een masca ridens, een gezicht dat van oor tot oor grijnst, een afgeplatte neus, verdwaasde wenkbrauwen. Die ingekerfde clownstronie doet het volk lachen en vrouwen gruwen. Alle vrouwen, behalve Dea, een meisje dat Gwynplaine redde uit een sneeuwstorm en dat blind werd door ontbering. De twee weeskinderen sluiten zich aan bij marktkramer Ursus en zijn huiswolf Homo. Hun wedervaren bewijst voor de misantroop Ursus de ondeugdelijkheid van zijn eigen soort. 'Ontaard nooit tot mens!' bezweert hij zijn wolf.
Pervers
Er komt nochtans meer ontaarding aan. Gwynplaine ontdekt het geheim van zijn afkomst. Hij wordt verleid door de rijkdom van de Engelse aristocratie en de perverse lusten van hertogin Josiana ('een onterende minnaar, wat een delicatesse!'). Hij zet daarmee alles op het spel: zijn zuivere liefde voor Dea, het geluk van het woonwagengezin, de kermisvennootschap Mens & Wolf. Kan dit goed aflopen?
Niet als je Hugo heet en een eitje hebt te pellen met het Engelse klassensysteem. Zijn oordeel over de adel is vernietigend. Is zo'n Lord lui, dom, laf, pervers? Geen probleem, hij plukt de vruchten van andermans arbeid, haalt een diploma van Cambridge, krijgt een militair lintje en fatsoenlijke mensen buigen voor hem. Hugo dondert: 'U bent een groot volk. Meer nog, u bent een groot gajes. Het moment nadert dat er op aarde twee borden zullen staan, met op het ene: "De kant van de mensen", en op het andere "De kant van de Engelsen".'
Moet u De lachende man mijden? Wel als u een hekel hebt aan alwetende terzijdes (en ze overslaannot done vindt). Niet als u houdt van een rasverteller die de emoties opzweept tot u die paar uur nachtrust maar overslaat en u met vol gemoed naar een zakdoek grijpt. Want de lezer een geweten schoppen, dat kan Hugo als geen ander.
VICTOR HUGO
De lachende man.
Vertaald door Tatjana Daan, Papieren Tijger, 650 blz., 38 ?. Oorspronkelijke titel: 'L'homme qui rit'.
¨¨¨¨è
Alexandra De Vos ■
Verberg tekst